Hugo Claus in Het land van de glimlach
In Kortrijk heeft musicoloog Bruno Forment (Centrum voor Muziek- en Podiumerfgoed) een programmabrochure van Het land van de glimlach aangetroffen. Deze operette van Franz Lehár was in eerste helft van de 20ste eeuw bijzonder populair en werd toen geregeld opgevoerd in de Kortrijkse stadsschouwburg. De opgedoken brochure zou op zich weinig bijzonder zijn, ware het niet dat ze werd gedrukt op de persen van Jozef Claus, de vader van Hugo Claus. Jozef Claus baatte in de jaren 1930 en ’40 aan de Oudenaardsesteenweg in Kortrijk een drukkerij uit. Het maakt de vondst voor het Clausonderzoek wel degelijk bijzonder.
Waarin schuilt het belang van deze vondst?
Prof. Kevin Absillis (Clauscentrum): ‘Het land van de glimlach moet op de jonge Hugo Claus een onuitwisbare indruk hebben gemaakt. De operette duikt geregeld op in zijn werk, onder meer in De verwondering (1962) en heel prominent in zijn autobiografisch geïnspireerde roman Het verdriet van België (1983). De brochure die nu is opgedoken werd gedrukt in 1934 toen Hugo Claus zelf een jaar of 5 was. Ze brengt de historische werkelijkheid achter zijn literaire oeuvre weer een stukje vollediger in kaart. Het document bewijst Jozef Claus’ directe betrokkenheid bij het Kortrijkse toneelgezelschap De Vlaamsche Zonen (in Het verdriet van België heten ze de Leiezonen). Of de drukker zelf mee op de planken stond, zoals in Het verdriet van België wordt gesuggereerd, is niet helemaal zeker, maar het is niet onwaarschijnlijk.
De vondst is daarnaast waardevol omdat van het gelegenheidsdrukwerk van Jozef Claus niet zo veel bewaard is gebleven. Studenten van me hadden twee jaar geleden al een door Jozef Claus gedrukte programmabrochure van De lustige boer uit 1935 ontdekt. Ook dit was een destijds erg populaire operette die door het gezelschap De Vlaamsche Zonen met succes werd opgevoerd en waarvan we dankzij een foto zeker weten dat Jozef Claus erin heeft meegespeeld. Het libretto van De lustige boer is net als Het land van de glimlach van de hand van Victor Léon; de muziek is niet van Lehár, maar van diens tijdgenoot Leo Fall. Deze hele Weense operette-cultuur maakte onlosmakelijk deel uit van de vorming van de jonge Hugo Claus.
Tot slot oogt de brochure qua vormgeving verrassend degelijk: ze illustreert dat Jozef Claus in die tijd een stuk professioneler te werk ging dan zijn zoon het later in Het verdriet van België heeft voorgesteld.’
Wat is Het land van de glimlach?
Prof. Kevin Absillis (Clauscentrum): ‘Het land van de glimlach, in het Duits Das Land des Lächelns, was een operette van de Hongaars-Oostenrijkse componist Franz Lehár die in 1929 in Berlijn in première ging en in de jaren erna uitgroeide tot een internationaal kassucces, ook in Vlaanderen. Het gaat over het huwelijk tussen een Weense hertogin en de Chinese prins Sou-Chong. Hun relatie is tot mislukken gedoemd. De culturele verschillen blijken namelijk te groot om door de liefde te kunnen worden overbrugd. Beroemd gebleven zijn de aria’s ‘Dein ist mein ganzes Herz’ en ook ‘Immer nur lächeln’, waarin de Chinese prins zijn levensmotto – altijd glimlachen, nooit je ware emoties tonen – uitdraagt.
Welke rol speelt Het land van de glimlach in Het verdriet van België (1983)?
Prof. Kevin Absillis (Clauscentrum): ‘Louis Seynaeve, de held uit Het verdriet van België en zoals bekend Claus’ fictionele evenknie, woont in het veertiende hoofdstuk met zijn moeder een voorstelling bij van Het land van de glimlach. Hij raakt diep onder de indruk van de Chinese prins Sou-Chong. Je kunt zelfs spreken van een epifanie, de openbaring van een dieper inzicht. Louis eigent zich onmiddellijk de lijfspreuk van de prins – ‘Toujours sourire’ – toe. Van dan af streeft Louis ernaar om zijn ware gevoelens altijd achter het masker van de glimlach te verbergen, om zo beter te overleven in het hypocriete wereldje van de petite bourgeoisie waarin hij opgroeit. Het ironische van de vondst van de programmabrochure is dat andermaal blijkt dat Hugo Claus, ondanks zijn openlijk gekokketeer met de leugen en het masker, heel veel historische waarheid in zijn literaire werk heeft verwerkt.’
Dank aan Bruno Forment (CEMPER / Koninklijk Conservatorium Gent), de Stadsschouwburg Kortrijk alsook aan Isabelle Laermans en Emilie Cotemans (alumni UAntwerpen).